vrijdag 31 mei 2013

Zomerfeuilleton: De bomen schudden nee

De afgelopen jaren heb ik, met tussenpozen, geschreven en geschaafd aan een terugblik op mijn jeugdjaren, tot het moment waarop ik als vijftienjarige van huis wegliep. Er zijn nogal wat absurde dingen gebeurd in die tijd - achteraf gezien althans. Want als je ergens middenin zit als kind, ook als je omgeving gevaarlijk is, vind je alles best normaal. Ook als het om geweld en misbruik gaat. Ik kijk niet in wrok om naar de rauwe chaos die de volwassenen om mij heen ervan maakten, ondanks de nodige littekens die gebleven zijn. Want ik ben ook dankbaar voor de creativiteit, wilskracht en Ausdauer die ik heb ontwikkeld als tiener in de verdrukking. Van die eigenschappen heb ik nog iedere dag plezier. Omdat voetbal voor mij als jonge jongen al ontzettend belangrijk was, als drijfveer, als droom en als muze, speelt die liefde van mij een belangrijke bijrol in dit verhaal. En aangezien ik sinds een jaar uitsluitend over of naar aanleiding van voetbal blog, past dit verhaal naadloos op dit weblog. Nu het toch zomerpauze is in de belangrijkste Europese competities, dient zich de perfecte mogelijkheid aan om jullie als lezers dit verhaal voor te leggen, in 60 dagelijkse afleveringen, vanaf 1 juni tot eind juli. Reageer er gerust op, als je dat wilt. En natuurlijk zijn ook uitgevers van harte uitgenodigd om bij mij aan de bel te trekken. Wees welkom allemaal, laat je meeslepen naar de krochten van mijn jeugd. ***** (Foto: Eric de Vogel) ******

zaterdag 18 mei 2013

het belang van de beker

Mijn grootste moment van voetbalgeluk dateert uit het prachtige jaar 1981. Mijn Haarlem werd in dat voorjaar kampioen van de Eerste Divisie, en de optelsom van euforie en voetbaltrots die ik toen voelde, en die nog wekenlang in mijn bloed bleef voortrazen, is nauwelijks weer te geven in woorden. Nouja, ik kan het misschien het beste nog zo zeggen: ik was werkelijk en compleet zielsgelukkig. We waren kampioen!!!
Ik denk dat een dergelijke extase vooral is weggelegd voor fans van clubs die zelden of nooit wat winnen. De intense vreugde van dat ene kampioenschap, of die enkele KNVB-beker die je wint. Dat je het daar dertig jaar later nog niet over kunt hebben zonder helemaal te gaan stralen en natte oogjes te krijgen. Dat je de basiself van dat kampioensteam zelfs op je 85e, kreupel, dement en lekkend als een mandje, nog altijd foutloos opdreunt ten overstaan van een verbaasde zuster, die rapporteert: "Meneer Rißmann had vandaag veel praats over voetbal en begon allemaal namen van vroeger op te sommen. Meestal slaat meneer hoofdzakelijk wartaal uit, maar dit leek toch duidelijk een helder moment."
Voor supporters van zogenoemde topclubs is het leven een stuk moeilijker en vlakker dan voor ons, de aanhangers van de kleintjes. Ik bedoel, welke liefhebber van Ajax gaat op dit moment nou helemaal uit zijn plaat van de derde landstitel op rij, en alweer de 32e in totaal? Bevriend Ajacied annex Behave-collega Michiel sms´te mij hier heel treffend het volgende over: "Ik moet wel zeggen dat het nu na 3x wel gewoontjes wordt. Ik denk dat richting de 4e ster er weer wat spanning ontstaat..."
Ben je volger van pakweg Ajax, PSV, Bayern München, Manchester United of Real Madrid, dan is het landskampioenschap een regelrechte must. Lukt het, dan is dat leuk en ben je wel een beetje blij, maar gaat dat mis: o jee, dan is gelijk het hele seizoen bedorven en is het leven somber en zwaar.
In diezelfde sfeer, waarin alles alleen maar draait om de zoveelste schaal, wordt in Nederland door fans van Ajax en PSV nogal neergekeken op de beker - of slabak, of dennenappel, zoals er ook wel met enige dedain over deze schone cup wordt gesproken. "Een troostprijs", heet het dan, of "Nouja, het is tóch een prijs.". Mark van Bommel zou de beker, zo gaf hij in de aanloop naar de finale aan, graag "op zijn lijstje bijschrijven", en gaf daarmee heel subtiel aan dat van echte hunkering geen sprake was. De beker is slechts een prijsje voor een titelverzamelaar - geen mijlpaal in de historie. Juist daarom is het zo prachtig en geweldig dat ik getuige mocht zijn van de victorie van AZ, dat het aangeslagen PSV (geen kampioen geworden en daardoor zichtbaar ontdaan van iedere motivatie) in de Kuip op pure wilskracht de beker afsnoepte. AZ heeft in het verleden natuurlijk wel eens vaker wat gewonnen (zoals die onvergetelijke eerste landstitel in ´81, tegelijk kampioen met mijn Haarlem dus), maar toch zelden genoeg om in het AZ-blok in het stadion voor totale extase te zorgen. De spelers waren net als de fans door het dolle heen - intense vreugde, omdat die vreugde zo zeldzaam voor ze is.
Ik betrapte mij er op dat ik in de laatste 20 minuten misselijk van de spanning werd, en niet meer op de stadionklok durfde te kijken - bang dat dit ongeluk zou brengen. Deze verrukkelijke stress, met daarna de ontlading en endorfine die na het laatste fluitsignaal volgde, gun ik iedere supporter van alle ´kleine´ clubs in Nederland.
Al is het maar eens in je leven.
******
AZ - PSV, 9 mei 2013: 2-1 (2-1), finale KNVB-beker. Toeschouwers: 50.000.
******
(Foto´s: op het kille en tochtige Rotterdam CS heb ik voor het eerst met mijn mobieltje mezelf gefotografeerd. Dat deed ik in alle ernst, met dit resultaat: een kruising tussen een coole hiphopper en een opgefokte hooligan, in kunstzinnig graffiti-perspectief. En dat allemaal geheel per ongeluk..! Dee andere foto schoot ik een dag na de bekerfinale op de snelweg in Duitsland: ook de vrachtwagens jubelden daar mee voor AZ! - foto´s van Rißmann)

zondag 5 mei 2013

Bossche uitdrukkingen en gezegden

Wanneer ik wat nieuwe uitdrukkingen bij wil leren, ga ik altijd graag langs bij FC Den Bosch. De vorige keer dat ik in De Vliert was, hadden Adje en ik tuterende oortjes van de even creatieve als ruwe stroom beschimpingen die zonder ophouden vanaf de tribunes naar het veld werd gebauwd. Het is een heel betrokken en trouw volkje, die Bossche supporters, maar het komt er vaak wel een beetje rauw uit, om het zo maar even te zeggen.
In het zonnetje genietend van van de warming-up van doelman Kevin Begois, pal achter zijn doel, hoor ik hoe direct achter mij drie vaste stadionklanten bijpraten over trainer Jan Poortvliet, en over de kansen van vandaag - FC Den Bosch heeft namelijk nog een kleine kans op deelname aan de play-offs.
Over de kansen van vandaag:
"Nou jongens, dat wordt dan de laatste wedstrijd van dit seizoen."
- "Na-competitie, nee dat wordt `m niet."
- "Ze hebben het vorige week al verneukt, tegen Eindhoven."
- "Ik zeg alvast: tot volgend jaar heren. Waar gaan jullie naartoe met de zomervakantie?"
Over coach Poortvliet, toch een held van Argentië ´78:
"Heb je ´m gisteren nog op tv gezien?"
- "Ja, wat stond-ie te godveren hè."
- "Het was alleen maar godver dit, en godver dat over de spelers."
- "Nouja, hij is toch bijna weg, die Poortvliet."
Ondanks het geringe vertrouwen in een goede afloop vandaag, bassen de kenners achter mij bij de opkomst van beide ploegen het clublied vol overgave mee. De middelste port mij in mijn rug en maant: "Hé! Wel meezingen hè!"
Nu kun je mij midden in de nacht wakker schudden, een willekeurige club noemen, en ik vang zonder boe of bah het juiste lied te zingen aan. Gelukkig haakte ik dan ook nu weer zonder haperen in: Met heel m’n hart hou ik van jou / FC Den Bosch, ik blijf oe altijd trouw / We zullen samen winnen en verliezen / Maar ik zal nooit veur ‘n ander clubke kiezen.
Fijn lied.
"Beter zo?", vraag ik naar achteren. De middelste man glundert goedkeurend.
Als na tien minuten voetbal al helder is dat de heertjes gelijk zullen krijgen met hun sombere bespiegelingen aangaande de play-offs, arriveert een bekende van het trio. Fashionably late. De man oogt als een wat wilde versie van Earring-rocker George Kooymans en geeft direct zijn visite-kaartje af als hem wordt toegeroepen: "Je bent te laat man!"
- "Ja! Ik lag nog te neuken!"
Instemmend gelach alom, en ik weet meteen: aan deze man ga ik vanavond nog veel plezier beleven.
George Kooymans toetert inderdaad, non-stop, van alles en nog wat grofs naar het veld. Heerlijk, heerlijk. Hij schiet veel, niet altijd met scherp, maar soms is zijn timing perfect. Bij een corner voor De Graafschap, aan onze kant, is wat geduw en getrek gaande waarbij verdediger Justin Tahapary betrokken is. Tip van George: "Knijp `m in z`n zak, Tahapary!" En als bij de aanloop naar de tweede helft De Graafschap-doelman Joost Terol onze kant op komt geslenterd, vraagt George luidkeels om diens aandacht: "Joost! Joost! Hé! Joost!" Totdat Terol inderdaad zijn blik naar de tribune opslaat: "Paardelul!"
Op het veld wordt het daarna allemaal niet beter op: De Graafschap legt de geplaagde thuisploeg genadeloos over de knie. Mokkend gaat de blauwe aanhang huiswaarts. Ik vertrek ook, mijn Bossche bolletje vol met nieuwe uitdrukkingen en gezegden.
******
FC Den Bosch - De Graafschap, 3 mei 2013: 1-4 (1-3), Jupiler League. Toeschouwers: 3.989.
******
(Foto: aan de frontzijde van stadion De Vliert wordt het trotse clubverleden met tal van levensgrote foto`s geëerd. Legende Wim van der Horst als speerwerper staat er fraai op. Tevens duikt en passant de vroeger zo gevreesde Indiaan van FC Utrecht, Stijn Vreven, als tegenstander van toen op - foto van Rißmann)

woensdag 1 mei 2013

Auswärtssieg!

Ik had mij er zo op verheugd, mijn favoriete Duitse club weer eens in actie te zien in haar karateristieke, knusse Stadion der Freundschaft. Aan ons vorige bezoek, in november 2007, bewaar ik fantastische herinneringen: de underdog uit Cottbus versloeg Schalke 04 die dag, de Glühwein ging erin als Ketellapper, de stemming was lyrisch. Mijn grote vriend Tomislav Piplica, cultkeeper en erkend brokkenpiloot in de zestien, was sinds kort in de pikorde gepasseerd door Gerhard Temmel (vandaag de dag de stand-in van Michel Vorm bij Swansea) en bleef de volle negentig minuten op de bank zitten. In de aanloop naar die wedstrijd had ik meneer Piplica een kaartje gestuurd waarop ik onze komst uit Nederland (speciaal voor hem, zo benadrukte ik) had aangekondigd. Inclusief in welk vak we zouden zitten, zodat hij even naar ons kon wuiven tijdens de warming-up. Helaas werd er niet gewuifd, maar dat weerhield mij er als toegewijd fan niet van om na afloop, bij de drankkraampjes voor het stadion, vol passie zijn naam op orkaansterkte door de Cottbusser avond te laten galmen: "Pi-pli-caaaaaaaaaaa..!" En dat dan een half uur lang, achter elkaar door, totdat ik door Martin en Dirk met zachte drang in een taxi werd gelepeld. Zes jaar later sta ik op zondagmiddag, een uurtje voor aftrap, broodnuchter blij te wezen op de staantribune waar de die-hard-fans zich altijd verzamelen. Op tijd het bedje ingegaan gisterenavond, dat heeft geloond. Dit keer zijn het anderen in ons gezelschap bij wie de vlag op half elf of erger hangt - vooral bij de wazig koekeloerende Peter maak ik me zorgen of hij nu eigenlijk wel weet waar hij op dit moment is, na een nachtje kruidig stappen in Teplice. Bij tegenstander Bochum keert de grappige trainer Peter Neururer terug in het Duitse betaalde voetbal, na een afwezigheid van meerdere jaren. De olijke Neururer, die vroeger vele voetbalharten heeft gestolen met zijn uitspattingen langs de lijn en zijn edele kunst om de fans tot extase op te zwepen, krijgt bij het betreden van het veld een warm applaus van de Cottbusser aanhang, die daarbij zijn naam scandeert - zó algemeen geliefd is hij in Duitsland. Enigszins verbaasd, maar zichtbaar aangedaan neemt Neururer de bijval in ontvangst. Dit blijkt, achteraf gezien, slechts een opmaatje voor wat er na de wedstrijd zal gebeuren. In de tussentijd doen de elf van Energie hun clubnaam geen enkele eer aan: ze spelen zonder enige fut en laten de tegen degradatie vechtende Bochumers alle tijd en ruimte om hun slag te slaan in Cottbus. De heertjes hebben er gewoon geen spatje zin in, dat is glashelder. De rust wordt nog met 0-0 gehaald maar na de pauze knalt Cottbus er zelf de 0-1 maar in, om vervolgens helemaal weg te worden getikt door de ontketende mannen van ´Brandweerman` (vanwege zijn reputatie om clubs in nood uit de penarie te helpen) Neururer. De fanatieke aanhang in ons vak schakelt over van aanmoedigen naar het geven van een ferme trap onder de elf thuiskonten: "Aufwachen! Aufwachen!" Als dat niet helpt, gaat er een schepje bovenop: "Wir haben die Schnauze voll, wir haben die Schnauze voll..!" Maar ook deze motie van wantrouwen brengt het niet, en Bochum is zielsgelukkig met de beslissende 0-2 die in blessure-tijd valt. Echter, niet alleen Bochum juicht - ook de harde kern van Cottbus barst los in luid gejubel. Duizenden kelen spuwen: "Auswärtssieg! Auswärtssieg!" We zijn een tikje geschokt door zoveel cynisme. Maar dit was nog niet alles. Na het laatste fluitsignaal worden de eigen spelers uitge-boed op een dermate oorverdovende wijze, dat diverse zondebokken in een angstig drafje de catacomben (waarvan de ingang precies onder onze boze tribune ligt) opzoeken, of juist minutenlang nog wat in de midencirkel blijven dralen, om toch vooral maar niet onder de gesel der volkswoede door te hoeven gaan. Slechts twee spelers durven na geruime tijd de confrontatie aan, en klappen deemoedig voor hun nijdige supporters. Kijk, dát kan de staantribune dan wel weer waarderen - zuinig applausje terug. Maar dan. Dan worden afwisselend Peter Neururer en zijn team in woord en gebaar heilig verklaard. Minutenlang worden de heldendaden van Neururer bezongen - hij wordt er merkbaar door afgeleid bij het geven van een zoveelste tv-interview over zijn glorieuze comeback, en daarna laaft hij zich geruime tijd aan de staande ovatie die hij van ons hele block krijgt. Hij zwaait terug met de blik van een gelukkig kind dat in een donzig sprookje is beland. Maar ook zijn dappere blauwe rakkers ontkomen niet aan de intense verering die hen vandaag in Cottbus ten deel valt. Als de ploeg gezamenlijk uitloopt, rolt van onze tribune een donderend gejuich en geklap, waarvan sommige spelers eerst schrikken. Wanneer echter duidelijk wordt dat het hier om een spontane blijk van acute aanhankelijkheid gaat, doen de Bochumers vrolijk mee: ze doen hand-in-hand de klassieke dankjubel, gevolgd door het eveneens obligate pogo-dansje, en klappen dan hun handen stuk voor de fans van Cottbus - ongetwijfeld de sportiefste die zij ooit in hun carrière tegen zullen komen. ****** FC Energie Cottbus- VfL Bochum 1848, 14 april 2013: 0-2 (0-0), 2. Bundesliga. Toeschouwers: 8.555 ****** (Foto: Rißmann)